Begrippenlijst digitale toegankelijkheid

Bij het onderwerp digitale toegankelijkheid en de WCAG komen veel begrippen kijken. Deze begrippen kunnen soms best moeilijk zijn. Op deze pagina wordt de betekenis van de meest gebruikte begrippen uitgelegd.

Veel van deze begrippen worden ook gebruikt op de pagina met richtlijnen of in de artikelen.

A

  • Audiodescriptie: Een gesproken tekst die is toegevoegd aan een filmpje. Het beschrijft de belangrijke details die wel te zien zijn maar niet af te leiden zijn uit het geluid.

B

  • Braille: Het lees- en schrijfalfabet voor mensen met een visuele beperking. Het alfabet wordt met puntjes geschreven. Het wordt gelezen met de vingers.
  • Brailleleesregel: Een vorm van hulptechnologie dat tekst omzet in braille. Braille wordt (voor digitale tekst) gelezen met een brailleleesregel.

C

  • CMS: Een systeem waarmee de content van een website kan worden beheerd.
  • Code: De taal die wordt gebruikt voor het bouwen van een website en de content van een webpagina.
  • Contextwijziging: Een grote gebeurtenis op een webpagina dat zomaar in gang wordt gezet, zoals het verplaatsen van de toetsenbordfocus of een grote verandering in de content.
  • Content (webcontent): De inhoud van een webpagina of document. Onder andere tekst, links, afbeeldingen, geluidsfragmenten, filmpjes, animaties en documenten.
  • Contrast (contrastverhouding): Geeft aan hoe goed voorgrond- en achtergrondkleur van elkaar te onderscheiden zijn. Contrastverhoudingen kunnen variëren van (minimaal) 1 tot (maximaal) 21. Geschreven als 1:1 tot 21:1.

F

  • Focus (toetsenbordfocus): Het onderdeel van een webpagina dat actief is.
  • Focus volgorde: De volgorde waarin elementen op een webpagina actief worden.

H

  • Herschalen: Het vergroten of verkleinen van de content van een webpagina of de browser.
  • Hover: Het onderdeel van een webpagina waar de muisaanwijzer overheen wordt bewogen.

I

  • Indicator van de toetsenbordfocus: Een manier om te laten zien welk bedieningselement de toetsenbordfocus heeft. Vaak is dit een duidelijk zichtbare rand rondom een element.

K

  • Kantoorbestandsformaten: Documentbestanden zoals PDF-bestanden en bestanden van Microsoft Office (docx, xlsx en pptx) en Open Document Format (odt, ods en odp).

L

  • Leesvolgorde: De volgorde waarin teksten, elementen en paginaonderdelen in de code zijn vastgelegd.
  • Linkdoel: De webpagina (of het onderdeel) waar een link naar verwijst.
  • Linktekst: De content van een link die beschrijft waar de link naar verwijst.

M

  • Media: Content dat bestaat uit beeld en/of geluid, zoals filmpjes, animaties en geluidsfragmenten.

N

  • Niet-tekstuele content: Content dat niet uit tekst bestaat, zoals foto’s, illustraties, iconen, filmpjes, enz.
  • Niet-tekstuele bedieningselementen: Bedieningselementen die niet uit tekst bestaan, zoals een invoerveld of een klikbaar icoon.

O

  • Ondertitels voor doven en slechthorenden: Een tekstuele versie van gesproken tekst in een filmpje dat tegelijk met het beeld wordt getoond. In ondertitels voor doven en slechthorenden worden ook de belangrijke geluiden beschreven.
  • Onlinekaarten en onlinekarteringsdiensten: Digitale landkaarten zoals Google Maps of OpenStreetMap.
  • Op tijd gebaseerde media: Content zoals geluidsfragmenten, animaties of filmpjes.

S

  • Schermlezer (screenreader): Een verzamelnaam voor hulptechnologieën die tekst op een alternatieve manier kunnen presenteren. Bijvoorbeeld voorleessoftware of een brailleleesregel.
  • Schermoriëntatie: De weergavestand van een apparaat; in portretmodus of in landschapsmodus.
  • Skiplink: Een ankerlink aan het begin van een webpagina die verwijst naar de hoofdcontent.
  • Sneltoets: Een toets of toetsencombinatie waarmee gemakkelijk een actie kan worden uitgevoerd op een website of computer.
  • Spraakherkenningssoftware: Een vorm van hulptechnologie dat gesproken tekst kan omzetten in een actie die kan worden uitgevoerd op een website of computer.
  • Statusbericht: Een bericht dat een verandering van content is, maar geen contextwijziging.

T

  • Tekstalternatief: Een alternatief voor niet-tekstuele content dat wel uit tekst bestaat.
  • Transcript: Een uitgeschreven versie van de gesproken tekst en de belangrijke geluiden in een filmpje of geluidsfragment. Het beschrijft wat er te zien en te horen is, wat er gezegd wordt en door wie.

V

  • Voorleessoftware: Een vorm van hulptechnologie dat tekst omzet in (synthetische) spraak.

W

  • WCAG: De Web Content Accessibility Guidelines, de richtlijnen voor toegankelijkheid van webcontent.
  • WCAG-EM: De Website Accessibility Conformance Evaluation Methodology, de evaluatiemethode om vast te stellen of een website voldoet aan de WCAG.
  • W3C: Het Word Wide Web Consortium, de organisatie die de webstandaarden ontwikkelt.

Meer begrippen

Is een begrip nog steeds onduidelijk of heb je een aanvulling voor deze lijst? Neem contact op via niek@wcag.nl.